Tekst Zander Lamme voor de Leeuwarder Courant
Van verpleeguniformen tot couveuses die werken op hete stenen en van glazen tepelhoedjes tot een luierdroger. Verscholen tussen autobedrijven en visverwerkers op een Urker industrieterrein zit sinds een paar jaar een museum verstopt vol verpleegkundig erfgoed.
Hoewel bezoekers er de deur niet platlopen – in 2019 kwamen er zo’n driehonderd – zijn de voorwerpen van het museum van Stichting Historisch Verpleegkundig Bezit op Urk veel bekeken. De makers van films als Karakter (1997), Oorlogswinter (2008), Sonny Boy (2011), de Storm (2009), de Elfstedentochtfilm De hel van ’63 (2009) en Nynke (2001) over schrijfster Nynke van Hichtum; allemaal gebruikten ze voorwerpen van het museum.
Meestal zullen die specifieke scènes voor de betreffende personages niet al te plezierig zijn geweest. Want alles in de collectie heeft te maken met, jawel, verpleging. Een deel van een EHBO-post in De hel van ’63 is bijvoorbeeld ingericht met attributen van het museum. Voor de schaatsers die massaal gewond raakten. In Nynke is het een psychiatrische kliniek waarin de vrouw terechtkomt die is ingericht met spullen uit de collectie.
Uitgestald en opgestapeld in grote metalen en houten archiefkasten zijn er in het museum in totaal ruim achtduizend objecten verzameld: kleding van verpleegsters van door de jaren heen, couveuses die werken op hete stenen of kruiken, glazen tepelhoedjes, een luierdroger. Bij sommige tangetjes en spuitjes moet je je niet al te veel willen inbeelden.
Afgelopen jaar was het zoals voor zoveel musea door de coronamaatregelen ook voor de verpleegkundige verzameling een moeilijk jaar. Het weggemoffelde karretje vol met nog niet beoordeelde spullen is daarvan het bewijs. ,,Dat moet je niet op de foto zetten hoor’’, lacht medewerker en oud-verpleegster Christel Laval (67). ,,Wij denken altijd: dit is onze puinhoop. Daarom zetten we dat scherm ervoor. Maar door corona krijg je dus zo’n achterstand.’’
De selectie van de spullen is tegenwoordig strenger dan in de begindagen van het museum in de jaren 80. ,,Je wordt soms een beetje als het grofvuil gebruikt, maar dat moet je vooral in het begin op de koop toenemen’’, zegt Ida van Deth-Ruys (77), collectiebeheerder en eveneens voormalig verpleegster. ,,Anders krijg je niets. Later kun je aan mensen laten zien, juist omdat we het keurig in kaart hebben gebracht, dat je het heel aardig vindt, maar dat je al voorzien bent van die dingen’’, drukt ze zich beleefd en vriendelijk uit.
Een van de bijzonderste stukken van het museum is een sterilisatietrommel die werd gebruikt bij de geboorte van de latere koningin Juliana in 1909. Erin werden instrumenten, zoals een navelstrengschaar, schoongekookt, vertelt Van Deth-Ruys ,,Nu komen die instrumenten allemaal van de fabriek en in papieren zakjes, maar die hadden we toen niet’’, zegt Laval. ,,Maar mijn tandarts heeft nu nog zoiets.’’
Juliana’s geboorte, waarbij verloskundige Benjamin Kouwer aanwezig was, ging volgens Van Deth-Ruys erg langzaam. Daardoor werden de mensen die buiten bij Paleis Noordeinde stonden ongeduldig. ,,Mensen buiten riepen: ‘Kouwer, Kouwer, kan dat niet wat gauwer’.”
De collectie van de in 1986 opgerichte stichting was voorheen ondergebracht in Leiden en later in Amersfoort. In 2016 verhuisden de spullen naar het Trefpunt Medische Geschiedenis Nederland op het Urker industrieterrein. In een aantal grote loodsen staan behalve de verpleegkundige collectie ook historische collecties van onder meer Nederlandse vroedvrouwen, fysiotherapeuten en apothekers. In de loods van de stichting kwam een verdieping. ,,Het was hier heel hoog omdat er visnetten werden gemaakt’’, zegt Laval.
Het museum is normaal gesproken twee keer per maand of in groepsverband op afspraak te bezoeken. Vanwege corona is het voorlopig dicht. Wie toch iets van de collectie wil zien kan op de website van de stichting kijken. Of natuurlijk naar de films waarin de voorwerpen acteren. Dit jaar komt bij de al gemaakte films ook nog de biografische dramaserie De Stamhouder over Alexander Münninghoff. Daarin is een van de couveuses te zien.
—
Deze tekst komt uit de Leeuwarder Courant van 30 januari 2021. Wij danken de krant en Zander Lamme hartelijk voor de toestemming om het op onze website te plaatsen.
In de PDF’s kunt u het artikel inclusief foto’s van Marco Keyzer bekijken.
Verhaal Verpleegkundig bezit 1
Verhaal Verpleegkundig bezit 2